top of page

HONDERD SOORTENDAG: VAN MAKKELIJKE WESPEN EN MOEILIJKE DRAAIERS!

MINIBUSEXCURSIE, MAANDAG 27 MEI 2024


Exact een maand en een dag na de eerste Honderd soortendag in de voorjaarsreeks sloten we gisteren (maandag) voorlopig af. Gedurende de afgelopen weken hebben we het vogelleven prachtig zien veranderen en ontwikkelen. Was het eind april nog volop trektijd, moesten veel soorten nog "binnen komen" maar was er tegelijk ook veel zang- en broedactiviteit, nu zagen we reeds bij vele soorten al juveniele, uitgevlogen vogels, waren andere soorten nog aan het voeren of vijanden bij de jongen weg aan het houden, maar waren de traditioneel late aankomers als Wespendieven, Spotvogels en Bosrietzangers door de hoge hormoonspiegel nog makkelijk te vinden.

Over Wespendieven gesproken: nog nooit zag ik op een excursie zo makkelijk zo veel exemplaren. Hoeveel verschillende het uiteindelijk betroffen, is lastig te zeggen, maar tijdens de eerste uurtjes in het bos en op het veen zullen het zeker acht vogels zijn geweest en meermaals zagen we er meer dan één tegelijk. Beslist geen straf, het zijn geweldige en fascinerende roofvogels!

Wespendief man (links) en vrouw (rechts)
Wespendief man
Vrouw Wespendief
Vrouw Wespendief

Een soort die er al een tijdje is, die dus waarschijnlijk op de meeste broedlocaties reeds gesetteld is en die dus aanzienlijk lastiger te vinden was dan de afgelopen weken was Draaihals. We moesten even zoeken, maar uiteindelijk vonden we een vogel die nog een mooie zangsessie ten gehore bracht. De ervaring leert dat zingende Draaihalzen vaak óf pontificaal in een top gaan zitten, of een half metertje aan de binnenkant van een struik gaan zitten. Het scannen van de struik in die regionen leverde uiteindelijk een zichtwaarneming op die door de telescoop beter was dan onderstaand bewijsje doet vermoeden.

Draaihals

De rest van de dag bracht lekker weer, fijn vogelen en in totaal 119 soorten. Dik in orde, dus, en dat ondanks dat we flink wat steltlopers misten en ik de lange boswandeling een keer had geskipt en had ingeruild voor enkele korte, andere stops. Dat kostte dus wat bossoorten (dat wil zeggen: het is natuurlijk nog maar maar de vraag wat we gezien zouden hebben als we de wandeling wel hadden volbracht), maar een "nieuwe" stop bij Tusschenwater was wel de moeite waard en productief. Soorttechnische hoogtepunten buiten de reeds genoemde soorten waren o.a. Steltkluten met jongen, een Grauwe kiekendief, Grauwe klauwieren, Kleine zilverreigers, zingende Wielewalen, een zingende Fluiter, een Buidelmees, een Kleine bonte specht, Witwangsterns, Krombekstrandlopers, een Smelleken, Geoorde futen en ik vergeet vast nog wat soorten die in de ogen van sommigen ook prima in dit rijtje zouden passen.

Juveniele Steltkluut
Spotvogel
Grauwe klauwier
Gevlekte witsnuitlibel
Twee Grote- en twee Kleine zilverreigers
Steltkluut
Grote zilverreiger
Onderzijde van een Distelvlinder
En de bovenzijde
Laatste bestemming van de laatste Honderd soortendag van dit voorjaar: het weidse Wad!

Zoals gezegd is hiermee een einde gekomen aan deze leuke excursiereeks voor wat betreft het voorjaar, maar in de nazomer/het najaar staat er weer een aantal op het programma. Ook een NIEUW zomerweekend, dat zowel op steltlopers als op roofvogels gericht zal zijn (echte specialiteiten van het noorden) staat inmiddels online!

186 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page