MINIBUSEXCURSIE, 5-8 JULI 2024
Dit blog is er eentje voor de liefhebbers van leedvermaak, zij het zijdelings aangelengd met meerdere hoogtepunten uit zowel de Belgische als de Nederlandse natuur. Spreekt deze mix je aan, lees dan vooral verder!
Al een jaar geleden was het plan gerezen om met het inmiddels min of meer vaste clubje Birdingholland.nl-gangers een nieuwe meerdaagse trip te plannen. Na de leuke reis naar Helgoland had men nu wel zin in een vlinderkijkje over de grens. Derhalve kwamen we op het idee van Viroinval, het insectenwalhalla op de grens van België en Frankrijk in de Ardennen.
Zo gezegd zo gedaan. De data werden geblokt in de agenda's, accommodatie werd geboekt en afgelopen vrijdag was het dan eindelijk zo ver. Met enkele noorderlingen togen we vroeg op de dag zuidwaarts en nabij Heteren voegde de rest zich bij ons. Omdat je op een dag niet alleen wilt reizen, leek het me een goed idee om de eerste tussenstop te plannen bij een soort die voor ons allen, inclusief voor mij, nieuw zou zijn: Spiegeldikkopje. Dit is werkelijk een schitterend vlindertje dat in Nederland uitsluitend in juni en juli rondom de Groote Peel (zowel in Limburg als in Noord-Brabant) vliegt. Het weer was redelijk, dus we hadden goede hoop op een kickstart van de minivakantie.
En die hoop bleek gegrond, want na even zoeken vonden we al snel 1, 2 en uiteindelijk 3 Spiegeldikkopjes. Vooral op de ondervleugel zit een onwerkelijk mooi kleuren- en stippenpatroon, zoals je na het zien van onderstaande plaatjes vast zult beamen!
Ook een Phegeavlinder, een dagactieve nachtvlinder van grote schoonheid, was nieuw voor ons allen en kreeg de handen dus wel op elkaar!
In het kader van "knip maar raak", raakten we allen wel wat andere leuke insecten. Ik trof min of meer per ongeluk een zeldzame Saksische fopwesp (geen grap!) en een schaarse cicade die het meest lijkt op Aphrophora major (maar corrigeer me gerust!). Ook een overvliegende Wespendief, een Boomvalk en een Eikanpage waren het noemen waard.
Na een rit van enkele uren en een tussenstop bij een leuke, ruige berm (Braamparelmoervlinders!) kwamen we aan bij wat ons basiskamp zou zijn voor de komende drie nachten. Een eerste, korte wandeling in de omgeving bracht meer Braamparelmoervlinders, maar ook Bosbeekjuffers, Kleine ijsvogelvlinders, een Gaffelwaterjuffer en een mooie Bonte besvlinder (nachtvlinder).
Na een gezellig avondje in een heel leuk, lokaal restaurant en een wat onrustige nacht vanwege een dorpsfeest (dat zich gedurende het hele weekend en steeds tot in de kleine uurtjes zou afspelen...) waren we de volgende morgen toch best uitgerust en vol goede moed om op zoek te gaan naar enkele van de vlinderspecialiteiten. Maarrr, het was zaterdag, de dag dat het in Nederland stormde en ook bij ons was het flink tochtig. Helaas bleef het daar niet bij, ook was het bewolkt, aan de frisse kant en regende het zelfs af en toe. Niet bepaald de omstandigheden die je nodig hebt, maar desalniettemin trokken we er vol goede moed op uit. Op de eerste locatie was het hard werken, zagen we de potentie maar lukte het (logischerwijs) maar matig om tot vlinders te komen. Wel stierf het er van de Dambordjes, was de eerste nieuwe soort ook meteen algemeen (Tweekleurig hooibeestje) en genoten we van de plantenweelde, onder andere in de vorm van Hommelorchissen.
In de loop van de middag werd het langzaam maar zeker droger en wat zonniger en kwamen de vlinders wat los, maar de variatie was niet bijster groot. Braamparelmoervlinders, enorm veel Dambordjes, redelijk wat Tweekleurige hooibeestjes en veel algemene soorten hielden ons scherp, maar beloningen in de vorm van soorten "waar je voor komt" bleven uit. Gelukkig bracht de laatste locatie een waardige afsluiter in de vorm van niet alleen honderden (!) Dambordjes en een Boswitje, maar ook een afgevlogen Adonisblauwtje (is uiteindelijk onze conclusie) en twee Groot geaderde witjes!
's Avond keken we, zoals velen dat deden, de wedstrijd van Nederland tegen Turkije en deden dat onder het genot van een maaltijd van soep en borrelhapjes. Tevreden met de overwinning en de dag stapten we in bed en vanaf toen ging het mis... In rap tempo lag de één na de ander boven de WC. 's Ochtends stond de teller op vier zieken (inclusief ikzelf), aan het eind van de dag was, op één persoon na, iedereen de klos. Of het nu een in rap tempo opkomend virus was of dat we allen iets verkeerd hebben gegeten: we zullen het nooit weten. Feit was wel dat we de zondag als een stel zombies nog probeerden rondom Nismes wat te doen, maar het was eigenlijk tegen beter weten in. Voor mijzelf gold dat ik al sinds mijn kindertijd niet meer had overgegeven, dus het was een behoorlijk bevreemdende en niet voor herhaling vatbare ervaring. Ook de andere waren er soms behoorlijk beroerd aan toe; ontzettend vervelend, jammer en naar.
Afijn, het restaurant werd afgemeld, kopjes thee waren zo ongeveer de enige consumpties die nog op enig enthousiasme konden rekenen en onze laatste middag en avond werd er eentje van bankzitten, Tour de France kijken en wachten op betere tijden.
Bij de meesten trokken de braakpartijen vrij snel weer weg en zo konden we op maandag enigszins opgeknapt (maar verre van topfit) wel weer de terugweg aanvaarden. Dat de stijgende lijn erin zat bleek wel uit het feit dat mijn voorstel op nog even een korte stop te maken op een plek voor Zuidelijke heidelibellen op instemming kon rekenen. Zo konden we de vierdaagse, die flink anders was verlopen dan gehoopt, toch nog met een lach afsluiten, aangezien dit een nieuwe soort voor velen betekende.
Mensen, het was memorabel, maar tegelijk toch ook hartstikke gezellig. Als dit dan toch eens moest gebeuren, dan was dit gezelschap in ieder geval het beste dat ik me kon wensen en ik denk dat ik die conclusie namens iedereen kan trekken!
Comments